Melatonine helpt tegen oorsuizen

Tinnitus of oorsuizen is een ziekte waarbij iemand geluiden hoort die niet worden veroorzaakt door geluiden van buitenaf, maar door een beschadiging van het gehoororgaan. Die beschadiging kan zijn veroorzaakt door chronische overbelasting door lawaai of door contact met schadelijke stoffen. De zenuwcellen in het inwendige gehoororgaan raken daarbij beschadigd door de invloed van vrijgekomen vrije zuurstofradicalen. Ook gewone veroudering van het gehoororgaan kan bijdragen aan het ontstaan van oorsuizen. Daarnaast kan een overmatige gevoeligheid van de gehoorzenuwen voor bepaalde, normaal in de hersenen aanwezige, prikkelgeleidingsstoffen (neurotransmitters zoals glutaminezuur en GABA) meespelen,

Recentelijk is ontdekt dat melatonine de zenuwcellen in het inwendige gehoororgaan zich beschermt tegen het ontstaan van beschadigingen door lawaai en vrije radicalen. Melatonine kan op deze manier bijdragen aan de vermindering van klachten door oorsuizen. Vooral ook helpt het mensen die door oorsuizen moeilijker in slaap vallen. Wie ’s nachts weinig melatonine aanmaakt, kan hier baat bij hebben. Via deze website kunt u een meting van uw nachtelijke melatoninespiegel aanvragen.

Bronnen
Hosseinzadeh A, Kamrava SK, Moore BCJ, Reiter RJ, Ghaznavi H, Kamali M, Mehrzadi S. Molecular Aspects of Melatonin Treatment in Tinnitus; a Review. Drug Targets. 2019 Mar 19. doi: 10.2174/1389450120666190319162147. [Epub ahead of print]

Merrick L, Youssef D, Tanner M, Peiris AN. Does melatonin have therapeutic use in tinnitus? South Med J. 2014 Jun;107(6):362-6. doi: 10.14423/01.SMJ.0000450714.38550.d4

Eerste hulp bij oorsuizen
Oorsuizen (of ‘tinnitus’ wat ‘gerinkel in het oor’ betekent) is het horen van geluiden zonder dat er een aanwijsbare geluidsbron is. Als er wel een externe bron is en iemand daar overgevoelig op reageert, noemen we dat hyperacusis. Het komt helaas veel voor: zo’n 10 tot 15 procent van de mensen heeft echt last van oorsuizen. Soms leidt dat tot ziekte met ernstige slaapproblemen, angst of zelfs depressies. Olav Wagenaar beschrijft dit als het tinnitussyndroom, met desastreuze gevolgen in het dagelijks leven. Het boek geeft antwoord op de vraag wat tinnitus (en hyperacusis) is en biedt door middel van veel praktische tips en ideeën een handvat om het oorsuizen te leren beheersen en in ernst terug te dringen.
Het boek Eerste hulp bij oorsuizen is verschenen in de serie Spreekuur Thuis. Olav Wagenaar is klinisch neuropsycholoog en psychologisch specialist gehoor, geheugen & gedrag.
Poiesz Uitgevers
ISBN 978 9021 5509 30
€ 19,95
Bestellen bij bol.com

Ook bij kinderkanker kan melatonine helpen

Toevoegen van melatonine aan de behandeling van kanker bij kinderen kan de effectiviteit van de behandeling groter maken en tegelijk zorgen voor minder bijwerkingen van de behandeling.

De kans op een succesvolle behandeling van kanker is de laatste jaren enorm toegenomen. Helaas veroorzaken kankerremmende medicijnen vaak veel bijwerkingen. Daarom staat toevoegen van melatonine aan de behandeling van kanker momenteel erg in de belangstelling. Dit versterkt het effect van kankerremmende middelen, zodat de dosis hiervan verlaagd kan worden.

De eerste resultaten van toevoegen van melatonine aan de behandeling van kanker bij volwassenen zijn zeer gunstig. Maar onderzoek bij kinderen ligt altijd gevoeliger dan onderzoek bij volwassen vrijwilligers. Het belang van het vinden van een effectieve en veilige behandeling van kanker bij kinderen is echter zo groot dat nu ook de eerste resultaten van toepassen van melatonine bij kinderkanker gepubliceerd worden. Ook wordt specifiek onderzoek naar de meest effectieve dosis gedaan.

Melatonine is niet alleen van belang voor het slaap-waakritme, maar blijkt ook bescherming te bieden tegen het ontstaan van kanker. Het remt bovendien de voortgang van de groei van kanker en het ontstaan van uitzaaiingen. Tot nu toe zijn ongeveer drieduizend wetenschappelijke artikelen over de rol van melatonine bij kanker verschenen. Duidelijk was al dat mensen met lage melatoninespiegels een groter risico lopen op het krijgen van kanker. Ook is in proefdieronderzoek duidelijk geworden dat toevoegen van melatonine aan de ‘gebruikelijke’ behandeling van kanker het effect van de behandeling versterkt.

Over het resultaat van dubbelblind onderzoek met melatonine bij mensen met kanker was tot nu toe echter weinig onderzoek gepubliceerd. De resultaten die er wel zijn, zijn echter zeer bemoedigend. Helaas gaat het meestal om kleine patiëntengroepen. Door onderzoeksresultaten bij elkaar op te tellen (zogeheten meta-analyse), zijn nu wel duidelijke conclusies te trekken. In de meta-analyse van Wang en collega’s (2018) zijn gegevens verwerkt van twintig publicaties over dubbelblind onderzoek met in totaal 3552 patiënten met verschillende vormen van kanker. Van hen kregen er, behalve de gebruikelijke behandeling, 1771 melatonine; 1781 kregen een placebo. Volledige of partiële genezing trad op bij tweemaal zoveel patiënten die met melatonine waren behandeld als bij patiënten die een placebo kregen (16 tegen 7%). Ook de vijfjaarsoverleving was in de met melatonine behandelde groep tweemaal zo groot (28 tegen 14%). Bijwerkingen van de cytostatica en de bestraling kwamen twee- tot viermaal minder vaak voor. Met name moeheid en algehele lichaamszwakte (asthenie) kwamen in de met melatonine behandelde groepen ruim tweemaal minder vaak voor (19 tegen 43,5%). De auteurs van de meta-analyse trekken de conclusie dat toevoegen van melatonine aan de gebruikelijke kankerbehandeling het resultaat van de behandeling effectief kan verbeteren.

Het is tijd dat de gunstige resultaten bij volwassenen met kanker gaan leiden tot beleid bij kinderen. Canadese kinderartsen voeren nu een onderzoek uit naar welke dosis melatonine bij kinderen het effectiefst is. Helaas wordt hierbij niet gemeten hoeveel melatonine het kind ’s nachts aanmaakt en wordt de gegeven dosis hieraan niet aangepast. Wij adviseren om voorafgaand aan de behandeling te meten hoe hoog de eigen melatonine spiegel ’s nachts is. Dit kan via deze website worden aangevraagd.

Bronnen
Johnston DL, Zupanec S, Nicksy D, Morgenstern D, Narendran A, Deyell RJ, Samson Y, Wu B, Baruchel S. Phase I dose-finding study for melatonin in pediatric oncology patients with relapsed solid tumors. Pediatr Blood Cancer. 2019 Feb 20:e27676. doi: 10.1002/pbc.27676. [Epub ahead of print] Chao YH, Wu KH, Yeh CM, Su SC, Reiter RJ, Yang SF. The potential utility of melatonin in the treatment of childhood cancer. J Cell Physiol. 2019 Apr 3. doi: 10.1002/jcp.28566. [Epub ahead of print]
Wang Y, Wang P, Zheng X, Du X.  Therapeutic strategies of melatonin in cancer patients: a systematic review and meta-analysis. Onco Targets Ther. 2018 Nov 8;11:7895-7908. doi: 10.2147/OTT.S174100. eCollection 2018

’s Avonds snacken maakt je dik

Van ’s avonds gesnackte calorieën word je sneller dik dan van overdag snacken. Dat blijkt uit een recent onderzoek van Andrew McHill van de Harvard Universiteit in de VS. Hij ontdekte dat het tijdstip waarop je eet bepaalt wat er met de calorieën gebeurt. Worden ze vooral gebruikt voor het leveren van energie, of worden de calorieën vooral opgeslagen als vetweefsel?

Het onderzoek werd uitgevoerd bij 106 jongvolwassenen (61 mannen en 45 vrouwen) tussen 18 en 22 jaar oud. Gedurende een week moesten de deelnemers bijhouden wat ze aten en dronken door hiervan met hun smartphone een foto te maken. Hierbij werd gebruikgemaakt van een speciale App (MealLogger). Slaap en bewegingen werden gedurende dertig dagen geregistreerd door middel van actigrafie (dragen van een bewegingssensor om de pols). Halverwege de studie werden de deelnemers een dag in het ziekenhuis opgenomen voor diverse metingen, onder andere van het percentage lichaamsvet. Deelnemers werden op basis van hun percentage lichaamsvet ingedeeld in een groep met slanke mensen of niet-slanke mensen.

Verder werd ’s avonds en ‘s nachts enkele malen speeksel afgenomen om ondermeer het tijdstip te bepalen waarop de melatonineproductie op gang kwam (DLMO-tijdstip). Het tijdstip waarop bij de deelnemers de melatonineafgifte begon, vertoonde veel variatie, namelijk tussen zes uur ’s avonds en halfvier ’s nachts. Het tijdstip van naar bed gaan lag tussen twaalf uur ’s nachts en vijf uur ’s morgens. De meeste mensen gingen dus véél later naar bed dan het tijdstip dat hun melatoninespiegel begon te stijgen.

Slanke deelnemers aten gemiddeld over de hele dag iets meer dan niet-slanke deelnemers. Ze hadden gemiddeld ook iets meer lichaamsbeweging. Slanke deelnemers aten gemiddeld iets meer eiwitten en iets minder koolhydraten dan niet-slanke deelnemers. Het grootste verschil zat in het eten in de twee uren voor het naar bed gaan. Niet-slanke deelnemers snackten vlak voor het naar bed gaan duidelijk meer dan slanke deelnemers. Bekend is dat van overdag gegeten calorieën relatief veel wordt verbrand en weinig in de vorm van vetweefsel wordt opgeslagen. In de loop van de avond stijgt de melatoninespiegel en verandert de verwerking van de ingenomen calorieën. Calorieën worden nu minder verbrand en er worden er relatief meer opgeslagen in de vorm van vet. Dat de niet-slanke deelnemers vlak voor het naar bed gaan duidelijk meer snacken dan slanke deelnemers, is dus (voor een deel) oorzaak van het (te) dik worden. Overdag snacken draagt minder bij aan toename van het lichaamsgewicht dan ’s avonds snacken.

Uit eerder vergelijkend onderzoek weten we al dat mensen met overgewicht hogere melatoninespiegels hebben dan mensen zonder overgewicht. Bovendien weten we dat zodra ’s avonds de melatonineproductie op gang komt de lichaamstemperatuur daalt. In combinatie met de resultaten van het onderzoek van McHill wordt duidelijk dat de ’s avonds gesnackte calorieën er meer worden opgeslagen in het vetweefsel. Voor de verbranding zijn dan immers minder calorieën nodig omdat de thermostaat in het lichaam een paar graden lager staat ingesteld. Ook hieruit blijkt maar weer eens dat je ’s avonds op tijd naar bed moet gaan en gehoor moet geven aan je bioritme. Dat geldt vooral voor mensen bij wie het lichaamsritme vroeg staat ingesteld (ochtendmensen).

Bron:
McHill AW, Czeisler CA Phillips AJK, Keating L, Barger LK, et al. Caloric and Macronutrient Intake Differ with Circadian Phase and between Lean and Overweight Young Adults. Nutrients. 2019 Mar 11;11(3). pii: E587. doi: 10.3390/nu11030587.

https://www.mdpi.com/2072-6643/11/3/587

Wie veel melatonine aanmaakt kan oud worden

Mensen die veel melatonine aanmaken worden ouder dan mensen die weinig melatonine aanmaken. Dat komt doordat melatonine diverse verouderingsprocessen afremt. In een overzichtsartikel over de rol van melatonine bij het gezond ouder worden, legt professor Ruediger Hardeland van de Universiteit in Göttingen (Duitsland) uit hoe dat komt. Het belangrijkste hierbij is de bescherming tegen het ontstaan van schade aan ons DNA en van chronische ontstekingsreacties in zenuwcellen en andere lichaamscellen. Daarbij is de sturende invloed van melatonine op de activiteit van SIRT1 erg belangrijk. SIRT1 (sirtuïne 1) is een eiwit dat bijdraagt aan de regulatie van het aflezen van het DNA.

Herstel van schade in het lichaam is een ingewikkeld proces. Elke dag worden miljoenen oude cellen in het lichaam vervangen door nieuwe. Hierbij moet het DNA vlak voor de celdeling gekopieerd worden. Dan kunnen foutjes gemaakt worden. Foutjes in het DNA kunnen leiden tot slechter functioneren van die cel of tot het ontstaan van een kankercel. ’s Nachts zorgt melatonine voor reparaties aan fouten in het DNA. Mensen die te weinig melatonine aanmaken lopen daardoor meer kans dat DNA-foutjes zich ’s nachts niet goed herstellen.

Bij onderzoek naar de oorzaak van veroudering bestaat veel interesse in het leven van de naakte molrat. Deze rat leeft de hele dag onder de grond. Hij wordt gemiddeld 32 jaar oud; dat is achtmaal langer dan zijn soortgenoten boven de grond. Tijdens zijn lange leven heeft hij geen last van veroudering. Hij blijkt bovendien vrijwel nooit kanker te krijgen en kan ruim een kwartier zonder zuurstof. Doordat hij in het donker leeft, maakt hij veel meer melatonine aan dan zijn soortgenoten die boven de grond leven.

Naarmate je ouder wordt maak je steeds minder melatonine aan. Dat betekent dat de melatoninespiegel van een zestigjarige nog maar half zo hoog is als die van een twintigjarige. Daardoor neemt de bescherming van ons lichaam tegen schadelijke stoffen met het ouder worden af en groeit het risico op ouderdomsziekten.
Ongeveer een op de tien mensen maakt al op jongvolwassen leeftijd te weinig melatonine aan. Dat is genetisch bepaald. Hoe oud je wordt is in grote mate erfelijk bepaald. Onderzoek heeft aangetoond dat ouderdomsziekten pas op hogere leeftijd beginnen en ook trager verlopen bij mensen die van jongs af aan hoge melatoninespiegels hebben. Omdat melatonine alleen ’s nachts tijdens de slaap wordt aangemaakt en de aanmaak ’s morgens bij het ontwaken meteen stopt, is stelselmatig te kort slapen een extra risicofactor.
Of je veel of weinig melatonine aanmaakt kun je meten in een ’s nachts afgenomen speekselmonster. Een eenmalige meting volstaat, omdat de hoogte van de melatonineaanmaak tijdens de eerste uren van de slaap per persoon constant is. Aanvragen kan via deze website.

Bronnen:
Hardeland R. Aging, Melatonin, and the Pro- and Anti-Inflammatory Networks. Int J Mol Sci. 2019 Mar 11;20(5). pii: E1223. doi: 10.3390/ijms20051223.

Fang X et al. Adaptations to a subterranean environment and longevity revealed by the analysis of mole rat genomes. Cell Rep. 2014 Sep 11;8(5):1354-64. doi: 10.1016/j.celrep.2014.07.030. Epub 2014 Aug 28.

Melatonine bij de behandeling van zwangerschapsvergiftiging

Op dit moment wordt onderzocht of zwangeren met een verhoogde bloeddruk baat kunnen hebben bij een behandeling met melatonine.De reden hiervoor is dat in verschillende studies melatoninetekort is gevonden bij zwangeren met zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie).

Dou en collega’s van de Soochow-universiteit in China deden een meta-analyse van acht studies. In deze studies werden in totaal 276 zwangeren met zwangerschapsvergiftiging vergeleken met 183 vrouwen met een normaal verlopende zwangerschap. Gemiddeld zijn de melatoninespiegels van vrouwen met zwangerschapsvergiftiging bijna 70 procent lager dan die van gezonde zwangeren. Naarmate de zwangerschapsvergiftiging ernstiger was, bleken de melatoninespiegels lager te zijn.

Een verhoogde bloeddruk in de zwangerschap kan leiden tot zwangerschapsvergiftiging. Hierbij gaat de placentafunctie achteruit en kan daardoor een ernstige groeivertraging bij het ongeboren kind ontstaan. Dit komt tijdens ongeveer één op de twintig zwangerschappen voor. De bloeddrukverhoging is waarschijnlijk het gevolg van problemen in de ontwikkeling van de placenta, waardoor de uitwisseling tussen voedingsstoffen en afvalstoffen tussen moeder en ongeboren kind onvoldoende effectief verloopt. De achterliggende oorzaak is bloedvatwandbeschadiging door zuurstofstress en vorming van vrije radicalen in de placenta.

Om te zien in hoeverre melatonine bescherming biedt tegen de schadelijke gevolgen van zuurstofgebrek deden onderzoekers van universiteiten in Canada en de VS eerst fundamenteel weefselonderzoek. Hierbij werden stukjes placentaweefsel gebruikt van vrouwen die zojuist een gezond kind ter wereld hadden gebracht. Het weefsel werd onderworpen aan zuurstoftekort en daarna werd de schade opgemaakt. Vervolgens werd aan de helft van de stukjes weefsel melatonine toegevoegd en stelden de onderzoekers vast dat de schade was hersteld. De schade herstelde zich niet bij de stukjes placentaweefsel die niet met melatonine waren behandeld.

Op dit moment wordt in Australië onderzocht of zwangeren met een verhoogde bloeddruk baat kunnen hebben bij een behandeling met melatonine. Gegevens over resultaten zijn nog niet beschikbaar.

Wij adviseren om niet zomaar met melatonine te beginnen, maar eerst te meten of er sprake is van een melatoninetekort. Deze meting kan via deze website worden aangevraagd. Ook mag de dosis melatonine niet te hoog te zijn, omdat mensen met lage melatoninespiegels vaker problemen lijken te hebben met de afbraak van melatonine. Het gevolg hiervan is dat de melatoninespiegel ook overdag hoger wordt. Hierdoor raakt het slaap-waakritme ontregeld. Daarom krijg je van ons behalve de uitslag een advies over eventueel gebruik van melatonine.

Bronnen:
Dou Y, Lin B, Cheng H, Wang C, Zhao M, Zhang J, Wu J. The reduction of melatonin levels is associated with the development of preeclampsia: a meta-analysis. Hypertens Pregnancy. 2019 Feb 22:1-8. doi: 10.1080/10641955.2019.1581215. [Epub ahead of print]

Sagrillo-Fagundes L, Salustiano EMA, Rodrigo R, Markus RP, Vaillancourt C. Melatonin modulates autophagy and inflammation protecting human placental trophoblast from hypoxia/reoxygenation. J Pineal Res. 2018 Aug 9:e12520. doi: 10.1111/jpi.12520. [Epub ahead of print]

Hobson SR, Wallace EM, Kingdom JC, Hodges RJ. A Randomized Double-Blinded Placebo-Controlled Intervention Trial of Melatonin for the Prevention of Preeclampsia in Moderate- and High-Risk Women: The MELPOP Trial. Methods Mol Biol. 2018;1710:347-352. doi: 10.1007/978-1-4939-7498-6_28.